Tot 2 december kunt u in Museum Mesdag in Den Haag de tentoonstelling zien met de intrigerende titel ‘De boze oktober heeft de zon vermoord. Mist, storm en regen in de poezie en de beeldende kunst uit de Haagse collecties’. Zoals bovenstaande dichtregel van Hélène Swarth (1859-1941) reeds doet vermoeden, krijgt niet alleen de schilderkunst in het voormalig woonhuis van de schilder Mesdag een prominente plek, maar is er ook plaats ingeruimd voor de poëzie. De herfst met haar kleurenpracht, mistbanken en heftige stormen heeft kunstenaars van de Haagse School, zoals Hendrik Willem Mesdag, Jan Hendrik Weissenbruch en Anton Mauve geïnspireerd tot prachtige schilderijen. Daarnaast zijn er ook werken te zien van Franse schilders als Rousseau, Charles Daubigny en Camille Corot.
Bijzonder aan deze tentoonstelling is de verbinding van beeldende kunst en poëzie; de herfst wordt op magistrale wijze dichterlijk verwoord door schrijvers als J.C. Bloem, Jacques Perk, Willem Kloos, Slauerhoff, Anton van Duinkerken en Hélène Swarth. Over de tentoonstelling is een boekje bij de uitgeverij Terra verschenen, getiteld De boze oktober heeft de zon vermoord van Maartje de Haan, conservator van het Mesdag Museum. Prijs 12,50 euro.
Als toegift en opwarmertje voor de expositie volgt hier het inspirerende gedicht van Hélène Swarth:
Herfstrood
In rouwzwart groen een vroolijk vlekje rood: Een blozend dak, een gladiolusvlam, Een rozige appel of hanekam, Zal dat mij troosten over zomerdood?
O tragisch traag laat vallen van den stam Scharlaken bladen in de bruine sloot De wilde wingerd, of in gulpen vloot Zijn bloed, gelaten najaars-offerlam.
Een huivrende angst bevangt me en jaagt mij voort, Grijpt bij de keel me en steelt mijn levensmoed.
In ’t Westen praalt de karmozijnen poort, Waarachter ‘k misdrijf, vreemd en wreed, vermoed.
De booze October heeft de Zon vermoord: Zijn zwaard is rood, zijn mantel druipt van bloed.
Helene Swarth