Het boek werd lang geleden aangekondigd, maar is eindelijk verschenen. Kleykamp. De geschiedenis van een kunsthandel ca. 1900-1968 beschrijft de geschiedenis van de kunsthandel die begin twintigste eeuw langdurig het middelpunt was van het culturele leven in Den Haag. Louis Couperus hield er zijn fameuze voordrachten uit eigen werk, het werk van Jan Toorop is er veelvuldig tentoongesteld en jubilea van schrijvers (Couperus, Kloos en Van Deyssel, bijvoorbeeld) en kunstenaars werden er gevierd.
De basis van de kunsthandel ligt echter in Rotterdam, waar Pieter Kleykamp en zijn vrouw Ermina Haagen Smit de honderd jaar oude mandenmakerij van de familie Kleykamp bestieren. Maar hun persoonlijke interesses zorgen voor een verschuiving naar handel in met name Aziatische kunst en in 1903 stappen ze volledig over op kunsthandel. Het echtpaar Kleykamp speelt een belangrijke rol in het stimuleren van de aandacht van het Nederlandse publiek voor Aziatische kunst. Men organiseert rondtrekkende tentoonstellingen, die succesvol zijn. Maar de groeiende collectie schept de noodzaak van een grotere en permanente vestigingsplaats. Een nieuw pand wordt gevonden en een kunstkring wordt opgericht, maar weinig mensen worden lid.
In 1909 wordt de stap naar Den Haag gezet. Dit is een logische keuze vanwege de succesvolle tentoonstellingen die men al in Studio Pulchri had georganiseerd: het Haagse publiek staat meer open voor de activiteiten van Kunsthandel Kleykamp. De ligging van het nieuwe pand tegenover Paleis Noordeinde werkt ook mee. De activiteiten hebben zich uitgebreid naar oude meesters, eigentijdse kunst, verkooptentoonstellingen, lezingen, concerten en soirees.
Theo Neuhuys, de boekbandontwerper (van onder andere De boeken der kleine zielen van Couperus), wordt aangetrokken als directeur. Hij organiseert in februari 1914 een tentoonstelling van het werk van Jan Toorop. Met dagelijks ongeveer 500 bezoekers werd hij een Haagse rage. Minstens tien tentoonstellingen zijn aan zijn werk gewijd.
1914 is ook het jaar waarin de Witte Villa aan de Scheveningseweg wordt aangekocht. Vanwege de oorlog kan het gebouw pas in 1916 in gebruik worden genomen. Op deze plek beleeft Kleykamp zijn hoogtijjaren. Vanuit het Koninklijk Huis is veel belangstelling voor de Kunsthandel en in 1920 wordt het predikaat Koninklijk verleend. Maar ook worden werken van koningin Wilhelmina tentoongesteld. In 1921 sterft Theo Neuhuys. Langzaamaan worden de zoons ook actief in de kunsthandel, onder andere in Amerika. In de oorlog wordt de Witte Villa geconfisqueerd door de Duitsers en Britse bommen verwoesten het pand, dat dan dertig jaar lang het centrum is geweest van het culturele leven in de Hofstad.
Over kunstzaal Kleykamp en Louis Couperus is al een boek verschenen, geschreven door Ilja de Rijk. Maar de erven Kleykamp hebben hieraan niet meegewerkt, waardoor veel documentatie buiten beschouwing is gebleven. Tussen 1915 en 1923 droeg Couperus er regelmatig voor uit eigen werk. De herinneringen van Pieter Kleykamp hebben aardige anekdotes opgeleverd, bijvoorbeeld over een geagiteerde, of licht hysterische Couperus op de middag voor een van die voordrachten. De enige bekende filmbeelden van Couperus zijn in 1923 genomen voor Huize Kleykamp ter gelegenheid van de viering van zijn zestigste verjaardag. Pieter Kleykamp schreef daarover dat Couperus hem had gezegd niet ouder dan zestig jaar te willen worden. Als dat wel het geval zou zijn, zou hij een zeereis maken om ergens overboord te springen. Een maand na de viering overleed hij.
Kleykamp. De geschiedenis van een kunsthandel ca. 1900-1968 is een mengeling van familiekroniek en de beschrijving van een kunsthandel. Het kunsthistorische deel betreft met name de rol van Kleykamp in het promoten van Aziatische kunst in Nederland en de rol die Theo Neuhuys speelde in de eigentijdse kunst die bij Kleykamp werd verhandeld. In de bijlagen zijn voor (kunst- en cultuur)historici en letterkundigen belangrijke overzichten te vinden, die van de tentoonstellingen, veilingen en andere evenementen die in Kleykamp zijn gehouden.
Kleykamp. De geschiedenis van een kunsthandel ca. 1900-1968, J.F. Heijbroek, S. Bosmans, F. Boersma e.a., ISBN 9789040084713, gebonden, € 39,95.
een fantastisch boek met gedetailleerde informatie over de familie Kleykamp en hun betrokkenheid bij de kunst.
voor mij interessant vanwege de vele tentoonstellingen die er werden gehouden van Jan Toorop.