Leoš Janáčeks Uit een Dodenhuis driemaal tijdens Holland Festival

De dirigent van de productie 'Aus einem Totenhaus': Pierre BoulezDriemaal in één week
Op dinsdag 29 mei zal de première worden gegeven van Uit een dodenhuis — in het Tsjechisch Z mrtvého domu —, een opera in drie bedrijven, die de componist Leoš Janáček (1854-1928) in zijn laatste levensperiode heeft gerealiseerd, en waarvan hij de première, in 1930, niet meer heeft kunnen meebeleven.
Deze voorstelling in het Muziektheater in Amsterdam is rechtstreeks te volgen via Radio 4, vanaf 19:30 uur. Dan volgen er nog uitvoeringen donderdag 31 mei en zaterdag 2 juni. Het inmiddels “legendarische” driemanschap, bestaande uit dirigent Pierre Boulez, regisseur Patrice Chéreau en vormgever Richard Peduzzi tekent voor deze productie, waarvan de wereldpremière ruim twee weken geleden, op 12 mei, in Wenen is gegeven.

Ontstaan
Het libretto stamt van de componist zelf, en is gebaseerd op (Aufzeichnungen) Aus einem Totenhaus Записки из Мёртвого дома — van Fjodor Michajlovitsj Dostojevski [1] die deze in de jaren 1860-62 heeft geschreven. Het drama speelt zich af in een Siberisch gevangenkamp in de negentiende eeuw, op drie verschillende locaties: de binnenplaats, een werkplek aan de oever van de Irtysj en in het lazaret.
Van februari 1927 tot en met juni 1928 heeft Leoš Janáček aan deze opera gewerkt, maar de instrumentatie heeft hij niet meer kunnen voltooien: hij stierf op 12 augustus in het Moravische Ostrau. Daarna hebben zijn voormalige student Osvald Chlubna (1893-1971) en dirigent Břetislav Bakala (1897-1958) het werk op nagelaten aanwijzingen van voltooid. OpLeoš Janáček (1854-1928), de componist van 'Z mrtvého domu' dringend verzoek van regisseur Otakar Zítek (1892-1955), die de première leidde, hebben die beiden nog een paar slotmaten toegevoegd om iets van een bevrijdende werking te realiseren.

Na de Tweede Wereldoorlog
De eerste uitvoering werd gegeven op 12 april 1930 in Brno, voornoemde dirgent Bakala. Acht maanden later werd de Duitse première in Mannheim gerealiseerd, en een jaar later presenteerde Otto Klemperer dit muziekdrama van Janáček aan zijn Kroll-Oper in Berlijn. Na de cesuur door de loop der politieke geschiedenis in het Europa vooral vanaf 1933, werd deze opera in Duitsland voor het eerst opnieuw gepresenteerd in Wiesbaden, waarna het in toenemende mate door vele muziekinstellingen over de gehele wereld is aangenomen en inmiddels tot het vaste repertoire is gaan behoren.
In 1964 is de oorspronkelijke versie van het slot voor de eerste keer gerealiseerd, en tien jaar later heeft Václav Nosek (1893-1971) in Brno alsnog de oorspronkelijke versie van de partituur in ere hersteld en deze geldt nu als standaard.

Uitvoerenden
Dit Bühnenwerk telt een groot aantal zangpartijen, een mannenkoor en een orkest bestaande uit 4 fluiten (waarvan de tweede, derde en vierde ook alterneren met piccolo), 2 hobo’s, Engelse hoorn, 3 klarinetten (waarvan de derde alterneert met basklarinet), 3 fagotten (derde alternerend met contrafagot), 4 hoorns, 3 trompetten, bastrompet, 3 trombones tuba, pauken, slagwerk, harp, celesta en strijkers.
Janáček heeft voor de doorgecomponeerde grote vorm gekozen, en binnen een tijdspanne van twee uur is het geheel voor het voetlicht gebracht. De componist heeft in zijn zwanenzang laten horen en zien hoezeer hij tot in het kleinste detail zijn metier heeft beheerst, en tevens welke plaats hij innam in de ontwikkeling van de muziek, vooral waar het de overgang van de negentiende naar de twintigste eeuw betrof. Nog eenmaal verbreekt hij het Zevende Zegel en kunnen we horen en zien dat somber expressionisme hand in hand kan gaan met een adembenemend realisme. In die context is het niet verbazingwekkend dat musicologen en ook muziekscribenten een ‘vergelijking’ hebben getrokken met Wozzeck uit dezelfde periode (1925) van zijn collega Alban Berg (1885-1935), dat wordt beschouwd als de in woord, beeld en muziek gevatte omzetting van de menselijke Intolerantie.
De uitvoerenden in Amsterdam tijdens de laatste meidagen en op 2 juni zijn het Mahler Chamber Orchestra en het ArnoldFjodor Michajlovitsj Dostojevski (1821-1881), de auteur van het boek dat de stof leverde voor Janáčeks opera Schoenberg Chor (dirigent Erwin Ortner). In de Holland Festival Gids worden negentien zangsolisten genoemd.
Het geheel is een co-productie van het Holland Festival met de Wiener Festwochen, de Metroploitan Opera in New York, het Teatro alla Scala in Milaan en het Festival d’ Aix-en-Provence.

__________

[1] Over Fjodor Michajlovitsj Dostojevski — Федор Михайлович Достоевский — (1821-1881) is in de reeks dtv-portrait enkele maanden geleden de nieuwste biografie over deze Russische schrijfmeester, van de hand van Christine Hamel verschenen, die geheel volgens het gebruikelijke systeem van deze reeks —dus overzichtelijk, helder geschreven en fraai geïllustreerd — wordt gepresenteerd. [dtv 31066; € 9,50]

__________

Afbeeldingen
1. De dirigent van de productie Aus einem Totenhaus, Pierre Boulez, is eveneens Componist van de week in de gelijknamige Vara-reeks van Thea Derks op Radio 4, ’s avonds tussen half acht en acht uur.
2. Leoš Janáček (1854-1928), de componist van Z mrtvého domu. Hier zichtbaar in reliëf.
3. Fjodor Michajlovitsj Dostojevski (1821-1881), de auteur van het boek dat de stof leverde voor Janáčeks opera. Hier is de auteur zelf object van de biograaf in een recentelijk verschenen boek.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *