In de laatste week van de Prom-concerten van de BBC, welke worden gegeven in de Albert Hall te Londen en die altijd via de ether te volgen zijn — in ieder geval op BBC Radio 3, maar in vele gevallen tegelijkertijd op één van ‘Auntie’s’ televisiezenders (meestal BBC 2 of BBC 4). Dinsdag 4 september zullen vier Oost-Europese composities worden uitgevoerd, evenals de dag tevoren de twee Oostenrijkers, Schubert en Bruckner, door de Wiener Philharmoniker onder Daniel Barenboim.
Op het programma staan werken van de Roemeen George Enescu (1881-1951), en van de Hongaren Zoltán Kodály (1882-1967), György Ligeti (1923-2006) en Béla Bartók (1881-1945). Van de laatste componist zal het werk Muziek voor snaarinstrumenten, slagwerk en celesta (uit 1937) worden uitgevoerd.
Decennialang, sedert de tweede helft van de jaren zeventig van de vorige eeuw, voer ik strijd tegen de andere betiteling, die absurd is voorzover het gaat om het begrip dat veelal in plaats van snaarinstrumenten wordt gebruikt, en wel: strijkers. Piano en harp zijn nu eenmaal geen strijkinstrumenten, maar ze hebben wel snaren (strings).
Op zondag 15 juli hebben we in dit elektronische cultuurtijdschrift gewezen op het feit dat die éne compositie van Béla Bartók in de meeste gevallen — want hoe langer, des te vaker — in het Nederlands deze volstrekt onjuiste betiteling meekrijgt [1], eveneens in de gidsen van de verschillende zendgemachtigden, die alle wel iemand in dienst hebben, die zulks zou (moeten) kunnen verhinderen. Vooral de VPRO-Gids, die zichzelf graag als een intellectueel medium beschouwt, maar de meest hautaine houding van al die instituten inneemt, blijft deze fout, naast honderden andere, steeds opnieuw maken.
Voor de volledigheid nog dit: meer dan eens heb ik de vraag gekregen waarom ik dan de hoofdredactie van die bewuste gids niet eens op de hoogte heb gesteld. Sedert eind jaren zeventig heb ik in tal van brieven aan deze instantie op de erbarmelijkheid van diverse zaken binnen dat tijdschrift gewezen — onder meer tevens op de toen nog ergere omgang met het Duits dan nu —, en nooit heb ik ook maar de geringste reactie gekregen. Zelfs als je die gids tijdig een artikel aanbiedt dat niemand anders kan leveren en dat juist dáár hoort, vindt men het niet nodig te reageren, en als je er dan eindelijk toch nog eens in slaagt via de telefoon een verantwoordelijke te spreken, wordt er eerst iets over een kapot faxtoestel gezegd, vervolgens dat men direct op zoek gaat en zo snel mogelijk contact zal opnemen. Ook die belofte, van inmiddels meer dan een decennium geleden, werd nimmer gerealiseerd. Dan zou men toch moeten kunnen begrijpen dat ik het op een gegeven moment allemaal wel ‘geloof’, en eigenlijk zelf eindelijk zou moeten beseffen dat ook deze signalering, hier en nu, in dit meestal exacte cultuurmedium, nodeloos en nutteloos is zolang het om de VPRO, dan wel om al die andere Nederlandse zendgemachtigden gaat, welke in de hier gewraakte context meestentijds net zo belabberd werken.
__________
[1] In de tweede helft van de jaren zeventig is er op het toenmalige label CBS zelfs een LP met die foutieve titel de wereld ingezonden. Toen ik mijn contactpersoon aldaar vroeg hoe men dat wel voor elkaar had gekregen, luidde zijn antwoord dat slechts hijzelf daarvoor de gehele verantwoordelijkheid droeg (even niet opgelet tijdens het vertalen van de Engelstalige hoes) en daarvoor reeds van diverse muziekrecensenten de nodige terechtwijzingen in ontvangst had moeten nemen. Ik heb er toen van afgezien, in mijn diverse tijdschriftrubrieken over klassieke muziek daar nog eens een schepje bovenop te doen, omdat me dat niet nuttig leek. Inmiddels weet ik zeker dat het geen zier zou hebben geholpen. Als het zelfs op zo’n prachtsite als deze al niet helpt. . . Dus wat maak ik me dan nu nog druk? Omdat het voor mijn dood — en die is pas in het jaar 2163, omdat ik 218 jaar word — eindelijk goed moet en goed zal!
Waarvan akte.