Een lezing over Carel de Nerée in de Zaanse ALDI

C. de Nerée. De zwanen. Pastel. 1901. Kunstmuseum Den Haag

‘Aan alles komt naar het schijnt een einde, hoorde ik gister iemand op Omroep Max zeggen’, luidde de print op het tee-shirt van het kassameisje bij de ALDI in Zaandam, die tijdelijke in de loods bij het industrieterrein.

‘Hoi mijnheer Bink’, zei ze toen ik aan de beurt was.

‘Hoi Kathelijne’, zei ik, het naambordje lezend.

‘Ik hebt u lang niet lopen zitten te zien!’, riep ze uit. ‘Hoe is het ermee?’

‘Kan kloppen. Ben de laatste twee jaar kapot gepreoccupeerd geweest met echt levensleed en de laatste maanden met het voltooien van het Grote Nu Echt Niet meer Geheime De Nerée-boek. Daarnaast heb ik zoals altijd superveel andere leuke dingen gedaan die ook moest gebeuren. Teringveel met mijn ouwe lijf van mijn skateboardje donderen en een beetje chillen met de dudes bijvoorbeeld.’

‘Maar is het mooi geworden?’

‘Ja, enorm mooi. Deze dialoog is fictief en ik besta niet dus ik kan gerust mijn eigenste fictieve alter-ego op de borst kloppen. Het is een klassieke biografie geworden in die zin dat het een chronologisch verhaal is gebaseerd op een immense hoeveelheid, in de eerste plaat door Dick Veeze verzameld, materiaal, aangevuld met eigen vondsten en bijna twintig jaar rond1900.nl. Veel schijnbare (en werkelijke) marginalia heb ik gebruikt om het verhaal contextuele en cultuurhistorische diepgang te geven. Denk aan de talloze derderangs romannetjes waarover ik hier schreef en die daarna voor goed geld op catawiki geveild werden. Een rijke bron.

Rond 2015 zag ik in De Nerée de ideale figuur om van alles waar het hierover ging te laten culmineren op een wijze die misschien nog interessant voor anderen is ook. Ik heb het geschreven zonder de uitgekauwde studentikoze ‘humor’ van dit blog. Mijn streven was om de persoonlijkheid en psychologie van De Nerée te duiden en te plaatsen in een kunst- en cultuurhistorische context. Volgens jouw collega van de LIDL aan de overkant, waar ik aanvankelijk naar toe was gegaan omdat ik in de onjuiste veronderstelling verkeerde dat jullie geen verse korianderplantjes verkochten, ben ik daar wonderwel in geslaagd. Alle mysterieuze etiketten (‘decadent’) en raadselachtigheden die er om de figuur, om de postume reputatie, van Carel de Nerée hingen heb ik proberen te verwijderen en een mens in al zijn (doorgaans buitengewoon onvriendelijke) menselijkheid te laten zien. Met beleid heb ik de kunstwerken met zijn biografie gelinkt wanneer daar voorzichtige verbanden te leggen zijn. Een rode draad is queerness, zowel in zijn leven als in zijn kunst. Denk aan al zijn bladen waarop hij speelt met gendergrenzen en representaties van genderfluïditeit bijvoorbeeld.

 In de eerste plaats gaat het uiteraard om die kunst. ‘Een groot tekenkunstenaar’, was de werktitel, verwijzend naar Jacob Israël de Haans brief aan George Eekhoud aan 1905 over de totstandkoming van zijn baanbrekende roman over homoseksualiteit Pathologieën (1908): ‘In dat boek geef ik het leven van een zeer superieure, zuiver homoseksuele jongen, en die na enorme zielenstrijd gek wordt, door het verkeerde liefdeleven van een slecht artist. Meester Eekhoud, dit is alles gebeurd. De artist leeft, en is nu een groot tekenkunstenaar, de jongen leeft ook doch is na die gebeurtenissen steeds zeer zenuwziek.’ Dat hij heel wel mogelijk op De Nerée doelt weet je.

Zijn kunstenaarsloopbaan beschrijf ik van het vroege begin tot het sombere einde. Als bijlage bevat het boek een eerste overzicht van alle bekende tekeningen en aquarellen van De Nerée, van kriebelkrabbeltjes tot volledige uitgewerkte doeken. Ik heb dat samen met Dick Veeze gedaan, die zoals je weet destijds ruim 300 werken inventariseerde. Ik heb er nog ongeveer 20 aan toe kunnen voegen. Ook gaan we, dol wild plan, samen met Custom Decks Carel de Nerée-skateboards maken.’

‘Jeetje, dat is inderdaad kapot veel werk’, zei Kathelijne. Het werd mompelend bevestigd door een bont gezelschap van Zaanse havenarbeiders, molenaars, gietwerkers, dakbedekkers, marktkooplui en een enkele notabele met een hoge hoed, die zich ondertussen geboeid luisterend neergevlijd hadden op de koude tegelgrond. Nog niet afgerekende halve liters werden zo, hups!, pardoes!, uit mandjes en winkelwagens gehaald en met ferme teugen in een mum van tijd, zeker voor een zaterdagochtend, geleegd. Zelf hield ik het bij een enkel gestolen en aanvankelijk onder mijn jas gestoken bockbiertje. Ik bedoel: rond1900.nl is leuk maar betaalt het de huur? Een enkel bockbiertje want ik vermoedde dat ik nog wel even een eindje heen door moest lullen. Niets was minder waar, want al mijmerend deze alinea componerend werd ik dringend verzocht door te gaan. Twee havenarbeiders linksachter maakten al aanstalten grommend op te staan. Aangezien ruzie met die Zaanse lui mij in het verleden diverse malen slecht en soms tot bloedens toe bevallen was, liet ik mij dit geen twee keer zeggen.

‘Oh ja, waar was ik? Ja, is best een aardig boekje geworden denk ik, kortom. Was wel echt ff*in veel werk, dude. Ik ga zeker nog wel eens boekjes maken, maar dit doe ik niet nog een keer schat ik in.’

‘Heer Bink’, zei het bonte gezelschap van Zaanse havenarbeiders, molenaars, gietwerkers, dakbedekkers, marktkooplui en een enkele notabele met een hoge hoed in koor, ‘Uit uw nek zwammen kunt u jawol als de beste maar wanneer kunnen we het lezen en, belangrijker, wanneer kunnen we de uitgelezen collectie van ruim 40 van De Nerées allerbeste werken uit binnen- en buitenlandse collecties waaronder veel nooit gezien werk die u als gastconservator samenstelde bewonderen? U bent nu wel leuk post-post-post-ironie ons fictief proletarisch bestaan (op de notabele met de hoge hoed na) aan het inzetten ter eigen glorie maar dat is natuurlijk niet okay. Weet u best.’

‘Oh ja, sorry gasten. Van 12 april tot en met 21 september in het Dordrechts Museum. Het boek verschijnt dan ook. Jullie moeten echt komen! We kunnen ook eerst bij mij op de Westzijde treffen? Jullie als arbeidersjongens uit het volk hebben behalve harten van goud en extreemlinkse sympathieën allemaal van die verduveld handige busjes waar soms wel 6 pipos in kunnen! Dordrecht klinkt ver, maar is daarnaast met de intercity over Rotterdam ook prima te doen.’

Het voorstel vond algemene weerklank. We zaten nog enige tijd na, de meesten straalbezopen van de, nog steeds niet afgerekende, halve liters. Alle ALDI-medewerkers waren afgedropen, op Kathelijne na die aan de witte wijn zat. Buiten begon het al te schemeren en door de hoge ramen van de tijdelijke ALDI in de loods nabij het industrieterrein kon je, als je je zittend op de grond iets oprichtte, in de verte vleugen van witte sneeuwwolken zien die zich opmaakten om Zaanstad, in een dik, wit, tot sombere mijmering stemmend pak sneeuw te bedekken. De marktkooplui en dakbedekker namen vast een dronken voorzet: ‘Wie zijn we? Waar gaan we naar toe? Heeft het leven zin? Is de maan echt van kaas? Bestaat God, en zo ja, was Maria echt hem zijn onbevlekte zoon? Op zondag is deze ALDI toch om 18.00 al dicht? Ik ben namelijk nu al door mijn zondagsbier heen. Waarheen gaat de weg? Waarheen gaat het leven? Is er leven na de dood? Kan je dansen op de maan? Skate Tony Hawk echt nog steeds? Gast is kaloe oud!’

Ik kon het echt niet meer haggelen. ‘En nu is het uit! Opgeduveld!’ Geschrokken droop men af. Toch weet ik, diep van binnen in mijn hartje, dat hoewel vol van het Licht Gods altijd huilt om het vele menselijk leed dat u en ik steeds maar weer gedwongen worden te aanschouwen, ze zeker in grote getale naar Dordrecht zullen gaan en het boek kopen. Minder zeker weet ik of dit écht het allerlaatste rond1900nl-stuk is. Zekerder weet ik dat het wel denkelijk het laatste is dat ik schreef in deze vreemde ontoegankelijk warrige bizarre stijl die tegenwoordig echt van heel diep uit mijn tenen moet komen. Maar u vraagt, wij draaien. Dat bleek vandaag maar weer in de ALDI in Zaandam, die ene in de loods bij het industrieterrein, voor een bont gezelschap van Zaanse havenarbeiders, molenaars, gietwerkers, dakbedekkers, marktkooplui en een enkele notabele met een hoge hoed!

Boek: Sander Bink Verfijnde lijnen | Carel de Nerée tot Babberich 1880-1909, Kunst en leven WBooks, te verschijnen april 2025.

Tentoonstelling: Carel de Nerée. Anders dan de anderen. Dordrechts Museum 12 april – 21 sept. 2025.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *