“In mijn tonen spreek ik” — Johannes Brahms’ Derde Symfonie

Johannes Brahms was één van die componisten welke hun muzikale ideeën geruime tijd met zich meedroegen alvorens zeJohannes Brahms rijp genoeg te achten voor uitwerking op papier. Het gebeurde dikwijls dat zijn composities zijn ontstaan uit een chaos, die het gevolg was van een innerlijk conflict, of uit problemen, die hem door anderen werden opgedrongen. Om dat alles muzikaal te kunnen verwerken, had Brahms de serene rust van een buitenverblijf nodig, waar hij zich gedurende de zomermaanden terugtrok in een door zonlicht overgoten landschap of aan een meer.

Ontstaan
Over het ontstaan van de Derde Symfonie van Brahms is maar weinig bekend. Wel weten we dat de definitieve versie in de zomer van 1883 is gereedgekomen, toen Brahms in Wiesbaden vertoefde. De dirigent Hans Richter doopte dit opus tot Brahms’ Eroica. Deze benoeming werd tijdens een drinkgelag uitgesproken, zodat men er niet al te veel waarde aan mag hechten, temeer daar deze betiteling niets wezenlijks over de inhoud van deze symfonie meedeelt. Integendeel: Brahms’ opus 90 vertoont als nauwelijks één van zijn andere composities een zeer grote verscheidenheid aan zielsindrukken en stemmingen, en de componist probeert die alle onder één noemer te brengen.
Op het moment dat de Derde Symfonie werd voltooid, was Brahms vijftig jaar oud en bevond hij zich op het toppunt van zijn roem. Daarnaast was hij zo gelukkig, een grote schare aan toegewijde vrienden en bewonderaars te hebben. Die had hij echter ook bitter nodig als een bevestiging van zijn persoonlijke status, omdat hij daardoor zijn artistieke niveau en zijn menselijke waardigheid in stand kon houden.

“Unnütze Sinfonie”
Hoewel Brahms in een brief aan zijn uitgever Simrock wel eens bagatelliserend over zijn Derde heeft gesproken als “unnütze Sinfonie”, is het stuk na de eerste uitvoering, onder leiding van Hans Richter (1843-1916), door de Wiener Dirigent Hans RichterPhilharmoniker in december 1883 toch een zeer geliefde compostie van deze muziekmeester geworden.
De grondstemming is mysterieus en enigszins klagelijk, vol verlangen en doortrokken met iets van vroomheid. Clara Schumann had, bij het horen van het tweede deel, het gevoel dat zij luisterde naar biddende mensen in een boskapel.
De beide hoekdelen zijn vol sterke accenten en tegenstellingen, die hier en daar in fel oplaaiende klanken aardig wat opgewonden elementen aanbrengen. Wellicht schuilde daarin de aanleiding voor Richter om deze Brahms-symfonie van Beethovens Derde te vergelijken.
De instrumentatie van Joahnnes Brahms’ Derde Symfonie bestaat in een dubbele houtblazersbezetting met contrafagot, 4 hoorns, 2 trompeten, 3 trombones, pauken en strijkers.

Allegro con brio
De symfonie opent met drie krachtige blazersakkoorden, die als motto fungeren en in het gehele werk steeds weer opduiken, ook in de coda van het laatste deel. Uit het laatste akkoord van het motto dient het hoofdthema zich aan. Het neventhema heeft een pastoraal karakter, waarin de klarinet als een schalmei klinkt, die een herderswijsje blaast. De opvallend korte doorvoering telt slechts 48 maten. Heel bijzonder is de overgang naar de reprise: nadat de muzikale tegenstellingen tamelijk vehement zijn voorgesteld, komt het Leitmotiv in de hoorn als uit een totaal andere sfeer. In de coda wordt het hoofdthema nog onderworpen aan allerlei metamorfosen, waarna het in reflecties uiteenvalt.

Lees ook:  Brahms Derde Symfonie dezer dagen driemaal door NNO

Andante
Een dialoog tussen de blazers en de lagere strijkinstrumenten opent het langzame deel. Nieuwe varianten van het motto zijn te horen in de alten, de celli en de bassen, als reactie op de door de blazers gepresenteerde tonen. Klarinetten en fagotten stellen het hoofdthema voor en houden dat — zij het dan ook steeds minder nadrukkelijk — vast tot in de coda.

Poco allegretto
Ernstig en zeer terughoudend is het derde deel, dat daarmee afwijkt van het klassieke scherzo. Het is een elegie in drie gedeelten: hoofdvorm, intermezzo en herhaling van de hoofdvorm, maar in een andere instrumentatie. Het hoofdthema wordt maar liefst driemaal achtereen voorgesteld, eerst door de celli, daarna door de violen — die ook direct het neventhema presenteren — en dan nog door een deel van de blazers. In de begeleidende stemmen is het motto — in verholen gedaante — aanwezig.

Allegro
Het stormachtige allegro is vol gloed en dramatiek. Drie thema’s vormen hier het belangrijkste materiaal. Allereerst een geschaduwd unisono van de strijkers met de fagot, later (aan het einde van de hoofdvorm) enige door de trombones aangekondigde pianissimo-akkoorden van de lagere houtblazers, waarbij de strijkers met de kloppende triolen een ondersteunende functie vervullen, en tenslotte het juichend opklinkende neventhema in de eerste hoorn.
Het motto van het eerste deel klinkt opnieuw en dan komt de symfonie na alle wilde emoties, die in deze finale enkele malen oplaaien, tot een vredig slot in het hoofdthema uit het eerste deel dat hier door de violen wordt herhaald.

* * * * *

BBC Proms zaterdag 11 augustus
Deze Derde Symfonie van Brahms vormt het middelste gedeelte van het uit drie onderdelen bestaande concert dat het European Union Youth Orchestra onder leiding van Colin Davis zal geven in het kader van de BBC Prom-concerten in de Dirigent Colin DavisLondense Albert Hall. Het concert zal worden uitgezonden door BBC Two Television en BBC Radio 3. Het concert wordt na de pauze ? die van 20:25 uur tot 20:45 uur duurt ? besloten met de Vijfde Symfonie van Jean Sibelius (1865-1957) uit 1915, met revisies in 1916 en 1919. Het 38ste Prom-concert van dit seizoen, door de jeugdigen met al die verschillende nationaliteiten, en een tachtig jaar jonge dirigent, zal worden geopend met de Tragische Ouverture, eveneens van Johannes Brahms. Daarover hebben wij meer gepubliceerd in ons artikel van dinsdag 13 maart, getiteld Sergej Rachmaninov ingebed tussen tweemaal Johannes Brahms.

____________

Afbeeldingen
1. Johannes Brahms.
2. Dirigent Hans Richter.
3. Dirigent Colin Davis.

2 gedachten over ““In mijn tonen spreek ik” — Johannes Brahms’ Derde Symfonie”

  1. Jammer dat FA(s)f (Frei aber fröhlich) niet genoemd wordt in het artikel. (variant van Joseph Joachim’s Frei aber Einsam).
    De melancholie in deze symfonie is geweldig. En dan die ontroerende lyriek (bijvoorbeeld van het melodieuze andante, zo innig!)!
    Mooi verwoord dat er een innerlijke onrust is, een grote verscheidenheid aan zielsindrukken en stemmingen, die je in het hele werk aantreft; iets dat ook vaak wordt geschreven door tijdgenoten, terwijl de opbouw en de vorm van de symfonie zo duidelijk zijn. In haar zeer persoonlijke reactie schreef Clara Schumann over deze symfonie verder dat de verschillende delen bij elkaar hoorden vol passie (een hartslag waarvan ieder een juweel).

  2. Dat laatste had niet alleen met de inderdaad bijzondere muziek van Brahms te maken, maar tevens met de hartslag die het wezen Johannes Brahms bij pianiste/componiste Clara Wieck, echtgenote van Robert Schumann, wist te genereren.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *