Het Van Gogh Museum in Amsterdam krijgt het toch steeds weer voor elkaar om de bekende Vincent op een altijd nieuwe en verfrissende wijze onder de aandacht van het publiek te brengen. Bij de nieuwe tentoonstelling is de keus gevallen op de relatie tussen Van Gogh en zijn aangetrouwde neef, bekend schilder uit de Haagse School, Anton Mauve (1838-1888).
De domineeszoon Mauve wist al jong dat hij zich zou gaan toeleggen op de beeldende kunst en aldus geschiedde. De relatie met de later beroemde Vincent ontstond na het huwelijk van Mauve met Jet Carbentus, een nicht van Van Gogh. Vincent, die tot dat moment eigenlijk alleen maar tekende, trok in 1881 voor drie weken in bij het echtpaar en kreeg van Mauve schilderlessen. In Den Haag, in het atelier van zijn neef, maakte Van Gogh zijn eerste schilderijen en dat zou het begin zijn van een tragisch en boeiend kunstenaarsleven. In die korte periode leerde hij andere bekende schilders uit het toen flamboyante Haagse kunstenaarsmilieu kennen, zoals de gebroeders Maris, Jozef Israëls, Weissenbruch, Mesdag en Breitner.
De samenstellers van deze expositie willen aantonen dat Anton Mauve meer invloed op het werk van Van Gogh heeft gehad dan altijd werd aangenomen. Aan de hand van de eerste schilderijen van Vincent, röntgenfoto’s van zijn werk, het materiaal waarmee hij werkte, verfmonsters en brieffragmenten wil men duidelijk maken hoe deze invloed zich manifesteerde. De expositie ‘Anton Mauve en Vincent van Gogh: de meester en zijn leerling’ is nog te zien tot en met 26 oktober 2008 in het Van Gogh Museum te Amsterdam.
Van september 2009 tot en met januari 2010 organiseren Teylers Museum en Singer Laren een dubbeltentoonstelling van het werk van Anton Mauve. Tegen die tijd zullen we u via Rond 1900 graag op de hoogte houden.