Schilderij van Pissarro aangekocht door Van Gogh

Een van Nederlands mooiste musea van Nederland, het Van Gogh in Amsterdam, is er weer een stukje fraaier op geworden, want het heeft het schilderij Route de Versailles, Rocquencourt (1871) van de impressionistische schilder Camille Pissarro aangekocht. Het museum beschikte nog niet over veel impressionistische landschapswerken, maar met deze aanwinst is een start gemaakt om die lacune op te vullen. Kenners beschouwen het doek van Pissarro (1830-1903) als een onderdeel van het ontstaan van het impressionisme. Te zien is een in de verte verdwijnende landweg bij het dorpje Louveciennes. Het museum heeft het schilderij aangekocht met de steun van enige instellingen, zoals de BankGiro Loterij, de Vereniging Rembrandt, het Prins Bernhard Cultuurfonds, de Mondriaan Stichting en het VSB-fonds.
Behalve de Pissarro hangt er in het Van Gogh binnenkort ook een verzameling prenten van Toulouse-Lautrec (1864-1901), die bestaat uit tien kleurenlithografieën, een titelplaat en een omslag. Toulouse-Lautrec, een tijdgenoot van Pissarro, deed voor de prenten inspiratie op in de huizen van plezier, de zogeheten ‘maison closes’ in Parijs, waar hij het dagelijks leven van de dames van plezier vastlegde onder de toepasselijke titel Elles (1896). Toch zijn de prenten niet uitgesproken erotisch van aard. Naar de maatstaven van de eenentwintigste eeuw zien ze er nogal braaf uit en tonen ze voornamelijk slapende, etende of toiletmakende prostituees en hun wachtende klanten. In het fin de siècle beschouwde men de afbeeldingen echter als onzedelijk en schandalig. Van de serie werden er dan ook weinig verkocht, zodat de uitgever besloot de litho’s maar los van elkaar te verkopen. Van de afbeeldingen, die in een oplage van honderd stuks verschenen, zijn er nu nog maar zeven compleet. De conservator van het Van Gogh Museum, Marije Vellekoop, beschouwt de prentenserie als een van de belangrijkste uit de tweede helft van de negentiende eeuw.