Vijftien Mahler-Lieder met Thomas Quasthoff en Charles Spencer

Pianist Charles Spencer; hij begeleidt Thomas Quasthoff in de Mahler-LiederenMahlers liedkunst in het middelpunt
De Britse zender BBC Radio 3 zendt donderdag 8 november, tussen 20:00 uur en 21:45 uur een concert uit met drie liederencycli van Gustav Mahler (1860-1911): in totaal vijftien liederen, aangezien de beide eerste van die cyclussen vijf nummers hebben, en er uit de derde reeks een keuze is gemaakt, die eveneens is beperkt tot vijf stukken. Al deze onderdelen, die echter stuk voor stuk als afgeronde composities mogen worden beschouwd, zullen worden uitgevoerd door de bas-bariton Thomas Quasthoff samen met de pianist Charles Spencer.
Laatstgenoemde heeft niet alleen geruime tijd tal van internationaal hoog in aanzien staande vocalisten als excellent begeleider bijgestaan, hij is daarnaast tevens professor voor Lied Interpretation voor zangers en pianisten aan de Hochschule für Musik te Frankfurt am Main. Het zal uit de opsomming van deze twee namen duidelijk zijn dat bij deze gelegenheid niet de orkestversies van al deze zangstukken zullen worden.

Extra Service
Volgens de door de BBC verstrekte gegevens zal het recital in Wigmore Hall worden ingeleid door Tom Service, een naam die we voor deze service wel vaker zijn tegengekomen. Uit deze data valt echter niet direct op te maken of het om een rechtstreekse uitzending of om een opname van eerdere datum gaat. Gezien het feit dat dit begrip nergens valt, zou het wel eens kunnen zijn dat de microfoons openstaan voor directe ontvangst via de ether, tijdens het recital. Ook wordt er geenFriedrich Rückert op latere leeftijd pauzetijd genoemd, maar als de tijd tussen de drie verschillende programmaonderdelen met tekst en uitleg wordt gevuld, is er in totaal zo’n half uur beschikbaar voor dergelijke parafernalia.

Liederen op teksten van Friedrich Rückert
Het concert zal worden geopend met de Rückert-Lieder waarvan het eerste is voltooid in 1901, en in de beide daarop volgende jaren werden de overige vier liederen aan de cyclus toegevoegd. In principe heeft Mahler deze liederen geschreven voor een lage stem met groot orkest, maar zoals dat met veel van dergelijke composities is gebeurd — niet in de laatste plaats omdat op diverse plaatsen geen groot orkest beschikbaar was, of omdat organisatoren niet de beschikking hadden over de daarvoor vereiste ruime financiële middelen —, waren bewerkingen voor stem en pianobegeleiding ook dikwijls een uitkomst.
De tekst stamt uit het oeuvre van de Duitse dichter Friedrich Rückert (1788-1866). Indien gewenst kunt u de teksten van de vijf liederen vinden door op de bovenin deze alinea gecreëerde link met de titel van de compositie te klikken, opdat u deze tijdens de voordracht kunt volgen.
In dezelfde periode zijn de Kindertotenlieder, geschreven voor een alt, dan wel een bariton, met begeleiding van een klein orkest, eveneens op teksten van dezelfde dichter ontstaan: de eerste drie in 1901, de laatste twee in 1904. In het daarop volgende jaar werden ze in Wenen voor het eerst door Friedrich Weidemann gezongen, de componist dirigeerde. [1]

De dichter

Johann Michael Friedrich Rückert is te Neuses bei Coburg in 1866 overleden, hij bevond zich toen in zijn 78ste levensjaar. Hij was in mei 1788 in Schweinfurt op de wereld gekomen. Hij heeft in zijn leven niet alleen naam gemaakt als dichter, maar tevens als vertaler. Veel minder bekendheid geniet zijn werk als oriëntalist, waardoor juist bij moslims in hoog aanzien stond. Zo heeft hij een deel van de Koran-soera’s in het Duits vertaald en het bijzondere daaraan is dat hij de eerste is geweest, en tevens de laatste, die de poging heeft ondernomen het rijm in de teksten mee over te nemen. Dit werk deed hij Gustav Mahler; karikatuur uit 1908 door de zanger Enrico Caruso, te New Yorkals particulier geleerde die thuis werkte. Helaas stierf hij voordat hij de gehele Koran op deze wijze had vertaald.
Tot zijn vijfentwintigste had hij diverse functies, onder meer als leraar aan gymnasia, vervuld. Daarna heeft hij een paar jaar privé gewerkt, vervolgens twee jaar als redacteur van Cotta’s Morgenblatt te Stuttgart. Daarna ging hij reizen in 1817 naar Italië, in 1818 naar Wenen, waar hij de Arabisch, Turks en Perzisch heeft geleerd. In 1821 trad hij in het huwelijk, een jaar daarna nam hij de taak van redacteur voor het Frauentaschenbuch op zich, die hij tot eind 1825 bleef vervullen. Vervolgens werd hij professor voor oosterse talen aan de universiteit Erlangen, van 1841-48 deed hij hetzelfde aan de universiteit van Berlijn, waarna hij zich op het landgoed van zijn vrouw terugtrok. Zij stierf in 1857, hij leefde nog negen jaar verder.
Als dichter heeft hij een omvangrijk oeuvre nagelaten met vooral laatromantische lyriek vol taalvirtuositeit, maar niet altijd met evenveel inhoudelijke zeggingskracht. Zijn eerste bundel is in 1814 verschenen, de laatste, Kindertotenlieder, kwam in 1872 uit, zes jaar na zijn overlijden. In die gedichten is terug te vinden dat het noodlot maar liefst tweemaal heeft toegeslagen in zijn gezin. Daarin heeft Gustav Mahler veel kunnen herkennen, en het muzikale resultaat dat als amalgaam van de beide kunstvormen is gerealiseerd, is een onnavolgbare creatie. Onder het pseudoniem Freimund Reimar is eveneens het nodige van de hand van Friedrich Rückert gepubliceerd.

Lees ook:  Noord Nederlands Orkest dezer dagen in teken van het fin de siècle

Des Knaben Wunderhorn
In ons geïllustreerde artikel van donderdag 14 september 2006 hebben we in dit elektronische cultuurtijdschrift zeer ruim aandacht besteed aan de liederenverzameling die onder de titel Des Knaben Wunderhorn door twee dichtende zwagers de wereld ingezonden is en tot o de huidige dag vooral, doch niet alleen, in Duitsland in de belangstelling is blijven staan. Er komen nog met regelmaat nieuwe bloemlezingen en zelfs complete nieuwe versies uit. Voor alles wat in verband met de vertolking van de keuze, die Thomas Quasthoff en Charles Spencer hebben gemaakt, verwijzen we voor nadere gegevens dan ook naar het artikel van verleden jaar, dat u tevoorschijn tovert door op dit woord te klikken.
___________
[1] Rückerts gedichten hebben tot op de dag van vandaag, ongetwijfeld niet in de laatste plaats mede als gevolg van de verklanking door Gustav Mahler, invloed op andere schrijvers en dichters uitgeoefend. Het meest recente Nederlandse voorbeeld is te vinden in de dezer dagen uitgekomen dichtbundel van Edwin Fagel (1973) — Uw Afwezigheid, ISBN 978-90-468-0333-2. In de afdeling Gebeden citeert hij in het gedicht U zult vannacht bevallen van een zoon de regel <Nun will die Sonn’ so hell aufgehn’> uit Rückerts bundel Kindertotenlieder (1872).

___________
Afbeeldingen
1. Pianist Charles Spencer; hij begeleidt Thomas Quasthoff in de Mahler-Liederen.
2. Friedrich Rückert op latere leeftijd.
3. Gustav Mahler; karikatuur uit 1908 door de zanger Enrico Caruso, te New York.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *