Dat moet wel de ware liefde voor een schrijver zijn: niet alleen zijn werk keer op keer doorspitten, maar ook alles willen lezen wat de auteur ooit las. En dat deed Thomas Wright, nadat hij op zestienjarige leeftijd werd gegrepen door The Picture of Dorian Gray van Oscar Wilde.
Wright raakte zozeer onder de betovering van de roman dat hij die tientallen keren achter elkaar las – soms wel tweemaal op een dag. Maar daar bleef het niet bij: in een moment van ‘quixotic madness’ besloot hij een lijst aan te leggen van alle boeken die zijn held ooit gelezen had. Nu is waanzin altijd te billijken als het tot interessante boeken leidt. En dat is inderdaad waar het obsessieve gestruin van Wright uiteindelijk in resulteerde.
Hiertoe moest wel eerst de bibliotheek van de auteur worden gereconstrueerd, en dat zal geen sinecure zijn geweest, aangezien Wilde’s boekenverzameling na zijn arrestatie hopeloos versnipperd raakte. Dat gebeurde in 1895, toen Oscar Wilde wegens beschuldiging van sodomie en ‘gross indecency’ in het gevang belandde. Zijn collectie van zo’n tweeduizend banden werd in weinig nauwkeurig samengestelde kavels voor een schijntje geveild om Wilde’s schuldeisers te kunnen betalen. Onder hen natuurlijk in de eerste plaats de markies van Queensbury, de vader van zijn geliefde Bosie, en kleinburgerlijke plaaggeest die de directe oorzaak was van Wilde’s smadelijke ondergang.
Built of Books: How Reading Defined the Life of Oscar Wilde, volgens de auteur zelf ‘an entirely new kind of biography’, bevat natuurlijk de nodige trivia om van te smullen. En dat kan in dit geval in letterlijke zin worden opgevat. Zo had de Ierse auteur de merkwaardige gewoonte om het bovenste hoekje van elke gelezen bladzijde te scheuren en op te eten. Dat zal dan toch geregeld tot indigestie hebben geleid, aangezien de overlevering wil dat Wilde het zeldzame talent bezat om diagonaal te lezen; binnen luttele minuten sjeesde hij van voor- naar achterplat, zonder allerlei zonderlinge details van het ‘gelezen’ verhaal over het hoofd te zien.
Sowieso onderhield de estheet een weinig behoedzame relatie met zijn bibliotheek. Van de exemplaren die Wright kon achterhalen zijn veelal de ruggen geknakt, de hoeken geblutst en vertonen pagina’s wijnvlekken en allerhande door de auteur aangebrachte marginalia. Ook zag Wilde er geen been in om hele katernen uit boeken te scheuren als hij die nodig had voor zijn lezingen.
Thomas Wright is leesbaar onder de indruk van Wilde’s boekerij, die voor ongeveer een kwart bestond uit Franse literatuur, en natuurlijk ook alle Griekse en Latijnse klassiekers herbergde. Dat brengt de schrijver tot de conclusie dat hoezeer Oscar Wilde tot onze verbeelding spreekt, hij in wezen een vreemde voor ons geworden is. En dat heeft alles te maken met Wilde’s gedegen klassieke opleiding, die van een geheel andere tijd en orde is. Hij lijkt werkelijk álles gelezen te hebben wat van belang was.
Maar hoe hij dan dat loodzware gewicht van die ganse literatuurgeschiedenis – van Plato tot Augustinus, van Shakespeare tot Walter Pater – kon transformeren tot die vederlichte maar virtuoze toets, die zo kenmerkend is voor het werk van Oscar Fingal O’Flahertie Wills Wilde, is het mysterie van de literaire metamorfose dat door geen studie of biografie ooit ontrafeld zal kunnen worden.
Thomas Wright, Built of Books: How Reading Defined the Life of Oscar Wilde. John Macrae Book/Henry Holt & Company, 370 pagina’s, £13.62.
Hm, apart, lijkt wel héél erg op Wrights vorige boek:
http://www.amazon.co.uk/Oscars-Books-Thomas-Wright/dp/0701180617
https://rond1900.nl/?p=1436