Polderdecadentisme (2)

Piet van Assche (misschien is dit hem, maar dat is niet honderd procent zeker) schreef de nogal d’Annunziaanse femme fatale-roman De Doode en de Wulpsche vrouw (Amsterdam, Querido 1921). Het verhaal wordt op pagina 9 bondig samengevat: ‘Hoe ik zoo verblind ben geweest toe te geven aan een onzalige drift voor een wezen van perverse verleiding welke, onder een beeldschoon uiterlijk, enkel genotzucht en koude gevoelloosheid wist te verbergen, wie verklaart het mij?’
Degene die dit leest en het boek reeds kende krijgt een glas wijn van me.

En, trouwens: degene die me aan exemplaren kan helpen van Josephine Gieses romans Gevloekt (Den Haag 1890) en Sphinx (Amsterdam, Van Kampen 1890) stel ik een fles champagne in het vooruitzicht. Komt diegene dan ook nog aan met een mooi exemplaar van bijvoorbeeld M. Snijder van Wissenkerkes Zwarte Vlinders (Amsterdam, Elsevier 1895) dan mag hij of zij op mijn kosten kaasfonduen in het hoofdstedelijk restaurant Bern op de Nieuwmarkt.

2 gedachten aan “Polderdecadentisme (2)”

  1. dag sander,

    ik heb geen recht op alle boni die jij in het vooruitzicht stelt. wel wist ik dat het boek van van assche een rol speelt in de traditie van de werdegang van de fatale vrouw. maar hoe? ik hoor een echo van karel reijnders, maar waar?

    hartelijke groet,

    han rouwenhorst

  2. Beste Sander,

    Een zeer late reactie, maar ik vond jouw berichten pas bij mijn zoektocht naar informatie over Josephine Giese. Ik ben momenteel bezig met twee romans van haar en heb de afdrukken van de microfiches van Gevloekt en Van een droom uit 1900. De romans zijn nog in de KB te vinden.
    Ben benieuwd hoe jij aan haar naam komt en waarom jij haar in de top 50 hebt geplaatst (december 2009).
    Nog interesse in haar romans?
    groet, Karin van Welt

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *