Er zaten jonge paren bij de kade. / De vissersboten deinden op en neer. / Door ’t blauwe water gleden de dolfijnen, / Daar boven zweefden meeuwen heen en weer. […]
Er zaten jonge paren bij de kade. / De vissersboten deinden op en neer. / Door ’t blauwe water gleden de dolfijnen, / Daar boven zweefden meeuwen heen en weer. […]
De Dichter Mijn hand, der spâ verzwaard, heeft ’t winter-zwijn gekeeld; de toeë stal geurt zoel en zerp van zwoele vachten; geschuurd de loome last der laatste zomer-vrachten, rust thans mijn naarstig hoofd ter moede vinger-eelt. Geen nijvre zorge meer die zweeg, of zwoegde, of lachte; geen kommer die mijn dage’ in hope of deemoed … Lees verder “In Memoriam Gerrit Komrij”
Er liggen teveel schepen voor de kust. / Opnieuw lijkt het vergeefs om koers te zetten / naar eén van de aanvalligste fregatten — / de bootsman reikt een verrekijker aan. […]
Er liggen teveel schepen voor de kust. / Opnieuw lijkt het vergeefs om koers te zetten / naar eén van de aanvalligste fregatten — / de bootsman reikt een verrekijker aan. […]
Een literaire jeugdzonde van waarschijnlijk één of andere hoge Haagse ambtenaar. Van extaze naar verzekeringen: ‘Extazen sterven in verten weg als ’t wel en wee uit ’t sprookje, dat we als kindren ’t liefste lazen…’
Een literaire jeugdzonde van waarschijnlijk één of andere hoge Haagse ambtenaar. Van extaze naar verzekeringen: ‘Extazen sterven in verten weg als ’t wel en wee uit ’t sprookje, dat we als kindren ’t liefste lazen…’
Er kraste iets, jij merkte het niet op. / In jouw tuin duldde je geen tegenspraak. / Wat scheurde er. Een paarse envelop / bevatte de papieren van je wraak. […]
Er kraste iets, jij merkte het niet op. / In jouw tuin duldde je geen tegenspraak. / Wat scheurde er. Een paarse envelop / bevatte de papieren van je wraak. […]
Ik had mijn naam met gouden stift / in het receptieboek gezet. / Het hoogtepunt kwam dichterbij: / het langverwachte godenmaal. […]
Ik had mijn naam met gouden stift / in het receptieboek gezet. / Het hoogtepunt kwam dichterbij: / het langverwachte godenmaal. […]
Over J.H. Leopold gesproken: in de reeks bloemlezingen van Van Oorschot verscheen onlangs een bloemlezing uit diens oeuvre, U missen en u niet ontgaan, samengesteld door dichter Erik Lindner. Deze is onder meer hier te bestellen.
Over J.H. Leopold gesproken: in de reeks bloemlezingen van Van Oorschot verscheen onlangs een bloemlezing uit diens oeuvre, U missen en u niet ontgaan, samengesteld door dichter Erik Lindner. Deze is onder meer hier te bestellen.
Slanke Messias, die met blonde kuif en / Bleeke gelaat en moede extatische oogen, / Liep op een markt en kathedralen-bogen / Peinzend bemaalde in rose-en-blauwe-duiven- / Kleurge vizioenen, of als kleur van druiven: […]
Slanke Messias, die met blonde kuif en / Bleeke gelaat en moede extatische oogen, / Liep op een markt en kathedralen-bogen / Peinzend bemaalde in rose-en-blauwe-duiven- / Kleurge vizioenen, of als kleur van druiven: […]
Het huis stond op een industrieterrein / tussen een teerfabriek, rokende pijpen / en een befaamde koffiebranderij; / het rook in de omgeving dan ook heerlijk. […]
Het huis stond op een industrieterrein / tussen een teerfabriek, rokende pijpen / en een befaamde koffiebranderij; / het rook in de omgeving dan ook heerlijk. […]
In onze voortdurende speurtocht naar epigonen van Herman Gorter deze maal een fictief geval. In de Amsterdamse bohème-roman Kamertjeszonde (1898) van Herman Heijermans heeft een van de protagonisten, de actrice Georgine Casper, modern-literaire aspiraties. Geestig genoeg worden haar verzen in hun geheel weergegeven; vast ook een poging van Heijermans om de moderne, Gorter-achtige poëzie te bespotten. […]
In onze voortdurende speurtocht naar epigonen van Herman Gorter deze maal een fictief geval. In de Amsterdamse bohème-roman Kamertjeszonde (1898) van Herman Heijermans heeft een van de protagonisten, de actrice Georgine Casper, modern-literaire aspiraties. Geestig genoeg worden haar verzen in hun geheel weergegeven; vast ook een poging van Heijermans om de moderne, Gorter-achtige poëzie te bespotten. […]
