Een studentikoos geval van Gorter-epigonisme

Het af en toe terugkerend marginaal onderwerpje “Sensitivistisch Gorter-epigonisme in de Nederlandse letterkunde in de jaren 1890-1910” leidt ons deze maal naar de Delftsche Studenten-Almanak 1900. (J. Waltman Jr, Delft), die sowieso een hoog Tachtigersgehalte heeft. […]

Het af en toe terugkerend marginaal onderwerpje “Sensitivistisch Gorter-epigonisme in de Nederlandse letterkunde in de jaren 1890-1910” leidt ons deze maal naar de Delftsche Studenten-Almanak 1900. (J. Waltman Jr, Delft). Groots onderzoek zou nog eens gedaan kunnen worden naar de echo van allerlei litteraire ‘-ismen’ in dit soort blaadjes. Overbodig te melden dat deze in die jaren volgeschreven werden door welopgevoede, welstaande heren, die doorgaans de moderne literatuur in de gaten hielden.

Deze Delftse aflevering heeft dan ook een behoorlijk hoog Tachtigersgehalte: ‘P.C.’ draagt bij een schets ‘Uit ’t leven (cf. Aletrino), ‘J.’ de ‘Aan mezelve’ opgedragen schets ‘Een visite’ (cf. Van Deyssel), ene ‘G.A.’, terzijde, draagt bij het gedicht ‘Paysage triste’: ‘Pleure, mon triste coeur’ (cf. Verlaine), ‘S.S.’ een viertal sonnetten à la Kloos, Verwey of Boeken, ‘B.’ de schets ‘Tot een levensstijl’ (cf. Van Deyssel ‘Tot een levensleer’) en ‘Bob’ (iemand enig idee?) tenslotte de geestige/curieuze Gorter-epigoon waar het hier om gaat:

De boomen…

De Bóómen staan daar zoo stil te staan
Met Bláren geél en bruin en goúd –
De Bóómen zou [sic] oúd…
Hun Oógen staan
In-’t dòrre Hout
Dòf en oúd…

Lees ook:  'Verduiveld geblaseerd wat de gewone ontroeringen betreft' – La femme pauvre (1897) van Léon Bloy

Ze staan daar te stáren
Zeg! staar je míj aan?
Ze staan daar te stáren….
Ze stáren mij aan!…
Wàt heb ik gedáán!
Wat hèb ik gedáán?..
De oúwe Bóómen ze stáren míj aan…
– Ze stáán daar… O! hier vandáán!..
… De Bóómen die stáán daar zoo stìl te stáán…

De almanak heeft overigens een typisch Art Nouveau-omslagje (zie afbeelding). Wie de kunstenaar/ontwerper ervan is weet ik echter niet. Ik dacht heel even aan Toorop, die immers in dezelfde jaren voor de Delftse studenten van het tijdschrift In den nevel (waar Hans Steengracht overigens in schreef en dat ook bij Waltman verscheen) wel een omslagje maakte, maar het verschil in nuance is nogal groot (zie afbeelding hieronder). Wie het weet mag het zeggen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *