Een gedicht voor Nieuwe Kunst-vormgever Chris Wegerif.

In de reeks ‘Gedichten voor…’ schrijf ik geen rijmpjes
voor u, dat kan ik niet en houd ook helemaal niet van poëzie, maar worden gedichten gewijd aan als het even kan de modernste kunstenaars van rond 1900 gedocumenteerd. Enkel en alleen om u en de kunstgeschiedenis te dienen. Het mooiste zijn natuurlijk de gedichten gewijd aan  symbolistische of anderszins modernistische  beeldende kunstenaars. Die schrijverts rijmelden  ook toen maar wat af en droegen onderling alles aan elkaar op maar aangezien deze moderne kunsten in Nederland rond 1900 een betrekkelijk klein en werkelijk vooruitstrevend gebiedje was interesseren mij die meer. We vonden tot nu toe, zoekt u maar in het archief, gedichten voor Toorop, De Nerée, Derkinderen en nog zo wat. Ik kan het me niet allemaal meer herinneren, maar weet wel dat we Chris Wegerif nog niet hadden. U weet wel, de echtgenoot van Agatha Wegerif-Gravestein die einde jaren 1890 het vak leerde van Thorn Prikker in zijn Haagse Arts & Crafts-atelier. De Wegerifs zijn een beetje de Nederlandse MacDonald-Mackintosh. U kent allen haar uitvoering van de gebatikte Stille kracht en weet misschien ook dat ze een atelier had in Apeldoorn waar Koningin Wilhelmina enige lessen volgde. In Apeldoorn zijn de Wegeriffen recent ook weer even uitgelicht. Ik weet verder eigenlijk niet zo heel veel van Wegerif want zijn (hun) toegepaste kunst en vormgeving valt, ook binnen de tijd, enigszins buiten mijn, toegegeven zeer beperkte, gebiedje.  Ik weet wel dat zijn hier afgebeelde kamerscherm uit 1902 uit de collectie van het Rijksmuseum mooi is (alleen jammer van die Hollandse Leeuw) en dat onderstaande In memoriam Chris Wegerif van Johan Reddingius uit diens klassieke bundel Licht. Nieuwe gedichten, Hilversum, 1923, een flutgedichtje is maar, hey!, don’t shoot the messenger.

Zij strooiden bloemen en de bladen vielen
en ook mijn voeten traden langs het pad…
ik schouwde omlaag en zag een bloemenschat
en in ontroering had ik willen knielen…

Leef licht, mijn vriend, in ’t heilig Land-der-zielen,
Zoo zong ik zacht, die zingend voor u bad,
gij hebt zoo warm het leven liefgehad,
neem stil mijn dank, en ook mijn bloemen vielen…

Aan Aarde’s hart rust gij, een sluim’rend kind,
En ieder voorjaar zal frisch groen u dekken,
maar in het Land-der-zielen zal u wekken

Al wat gij liefhadt, wat gij hebt bemind.
En als wij leven in erinneringen,
zal menig lied verheerlijkt van u zingen.

2 gedachten over “Een gedicht voor Nieuwe Kunst-vormgever Chris Wegerif.”

  1. Lebeau ontwierp de band, en Agathe Wegerif voerde de batik
    uit voor de firma Uiterwijck Batikwerken, Den Haag/Apeldoorn, toch? Kan me vergissen uiteraard.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *