Veertien optredens
In het Parktheater te Eindhoven presenteert Opera Zuid aanstaande zondag, ’s middags vanaf 14:30 uur, de eerste van dertien uitvoeringen binnen een tijdsbestek van zeven weken, van het muziekdrama Falstaff uit 1893 van Giuseppe Verdi (1813-1901). Alleen de laatste presentatie, op 6 juli in het Concertgebouw te Amsterdam, is semi-scenisch, de overige voorstellingen zijn, zoals gebruikelijk bij een opera, gewoon op de planken van de diverse theaters. Negen van de dertien steden bevinden zich in de provincies Noord-Brabant en Limburg; in het noordelijke deel van ons land komt het gezelschap alleen in Groningen — op zaterdag 23 mei. Welke andere tien, hier niet nader omschreven, steden Opera Zuid in die periode aandoet met dit komische verhaal, kunt u lezen op de website van het gezelschap, door hier te klikken. Dan kunt u meteen zien dat er op vrijdag 15 mei, vanaf 19:00 uur, een try out van de voorstelling zal worden gegeven. Voorts treft u meteen de namen aan van alle andere bij deze productie betrokken artiesten en technici.
Het Brabants Orkest zal worden geleid door Ivan Anguélov; medewerking zal worden verleend door het Zuidelijk Theaterkoor dat onder de verantwoordelijkheid van Tjalling Wijnstra valt. Decor-, kostuum- èn lichtontwerp stammen uit de koker van Pia Oerthel; voor de uitwerking van het lichtplan tekent Arjen Bijtelaar. Regisseur van deze komedie met muziek is Nicola Glück.
De rol van Sir John Falstaff zal worden gezongen door Noé Colin; de partij van Alice Ford wordt toevertrouwd aan Anja van Egmond. Van de tien namen op de rol van met name genoemde zangsolisten worden er zes door Nederlanders ingevuld.
Achtergronden
Van Giuseppe Verdi was de wereld der muziektheaterminnenden vanaf het begin van zijn scheppingen in die sector gewend dat de componist koos voor hoogdramatische geschiedenissen waarin het er bepaald niet altijd even vrolijk aan toe ging. Dat de maestro in zijn tachtigste levensjaar alsnog met een komedie is komen aanzetten, zal dan ook niet weinigen enigszins hebben verbaasd.
De tekst voor Falstaff is afkomstig van librettist [1] Arrigo Boito (1842-1918), die daarvoor heeft gebruik gemaakt van twee totaal verschillende toneelstukken van William Shakespeare (1564-1616): de ‘comedy’ The merry wives of Windsor uit 1600, en gedeelten uit de ‘history’ Henry IV (uit 1598).
Op zoek naar een geschikte stof
De figuur Falstaff was al eens op het Italiaanse toneel verschenen in een opera van uit 1834 van Saverio Mercadante (1795-1870), wiens librettist Felice Romani (1788-1865) zich uitsluitend had gebaseerd op Shakespeare’s Henry IV. Vijftien jaar later was, in de lente van het sterfjaar van de Duitse componist Otto Nicolai (1810-1849) [2], te Berlijn de komische door deze muzikaal gestalte gegeven, fantasie Die lustigen Weiber von Windsor voor het eerst gepresenteerd. Vrijwel onmiddellijk daarna — nog in het voorjaar van 1849 — overwoog Verdi onder meer deze materie, toen hij zocht naar een passend libretto voor een opera die hij voor het Teatro San Carlo in Napels moest componeren.
Pas dertig jaar later, in de zomer van 1879, toen hij persoonlijk met Arrigo Boito in contact kwam, ontstond opnieuw het plan om Falstaff in muziek om te zetten, maar Verdi stelde dat uit omdat hij eerst Othello wenste af te maken. Weer een decennium later, in de lente van 1889, kreeg Verdi van Boito diens ontwerp voor Falstaff, en in maart 1890 volgde het complete libretto. De componist was daarover helemaal lyrisch en ging direct aan de slag: binnen enkele weken had hij het eerste bedrijf. Daarna verliep het minder vlot: het werk aan Falstaff werd diverse keren onderbroken, waardoor hij pas in de herfst van 1891 met de instrumentatie kon beginnen. In september 1892 was de partituur compleet. Verdi was toen weliswaar al 79 jaar, maar hij leidde hoogstpersoonlijk de instudering van het werk.
De eerste uitvoering werd gegeven op 9 februari 1893 in de Scala van Milaan, en nog in hetzelfde jaar werd er een Duitse versie van de vooraanstaande Duitse muziekscribent Max Kalbeck (1850-1921) in de Opera van Stuttgart gepresenteerd.
Het verhaal
De aan lager wal geraakte Sir John Falstaff — door een bariton uitgebeeld — is op enige liefdesavonturen uit, en daarom verstuurt hij tegelijkertijd twee identieke liefdesbrieven: één aan Alice Ford — in het muziekdrama voorgesteld door een sopraan — en één aan haar vriendin Meg Page (mezzosopraan). Die beide vrouwen nemen daarop het besluit om Falstaff te grazen te nemen, en sturen daartoe Mrs. Quickly — een partij die aan een alt is voorbehouden — op pad om de man met het embonpoint uit te nodigen ten huize van Alice. De jaloerse echtgenoot van Alice — ook voor een bariton — heeft echter intussen vernomen dat Falstaff toenadering heeft gezocht. Hij brengt daarom, onder een gefingeerde naam, een bezoek aan Sir John met de mededeling dat hij graag advies wil van een man die bedreven is in liefdeszaken. Het rendez-vous dat voor Falstaff is weggelegd, eindigt ermee dat de onvoorzichtige dikkerd, inmiddels verscholen in een wasmand, in de rivier wordt gegooid.
Tweede uitnodiging
Hoewel de gebeurtenissen Falstaffs plannen in het honderd jagen, neemt de ijdeltuit een tweede uitnodiging aan, exact om middernacht. Pas daar wordt flink wraak genomen.
Voorts wordt er, door toedoen van de aanwezige vrouwen, voor gezorgd dat de dochter van Alice en Ford — weliswaar tegen de wil van haar vader — en haar geliefde Fenton samen verder kunnen. De opera eindigt met de door Falstaff gezongen woorden Alles op aarde is een klucht, welke in de vorm van een fuga door het gehele ensemble worden overgenomen. Dat is zeer begrijpelijk in de ontstane situatie: immers, iedereen, die te Windsor in deze handeling was betrokken, blijkt bij de neus te zijn genomen.
__________
[1] Arrigo Boito (1842-1918) was niet alleen werkzaam als librettist voor muziekdrama’s van derden, hij genoot eveneens bekendheid als dichter, journalist, romancier en componist. In die laatste hoedanigheid heeft hij wereldfaam verworven met zijn muziekdrama Mefistofele uit 1868, gebaseerd op Goethe’s Faust. Die opera is de enige die de componist Boito heeft voltooid.
[2] Otto Nicolai stierf op 11 mei 1849, de première van Die lustigen Weiber von Windsor was op 9 maart van dat jaar.
____________
Afbeeldingen
1. Giuseppe Verdi in 1876.
2. Librettist Arrigo Boito.
3. Foto van een scène genomen tijdens een repetitie van Falstaff door Opera Zuid op 21 april 2009. Noé Colin is hier de goedlachse dikkerd Sir John Falstaff. (Foto: Morten de Boer.)