Jacques Perk als vertaler

Afgelopen week werd er op de best bezochte handelssite van Nederland een opvallend boekje aangeboden, dat heel snel werd verkocht. Het bleek te gaan om een zeer zeldzame vertaling van de hand van Jacques Perk. Blijkbaar verdiende de jong gestorven dichter ook de kost met het vertalen van populaire Franse lectuur. […]

Afgelopen week werd er op de best bezochte handelssite van Nederland een opvallend boekje aangeboden. Het werd dan ook al snel verkocht. Het boekje, dat verschenen was rond 1880, werd namelijk aangeboden onder het trefwoord ‘Jacques Perk’ en bleek een obscuur en aldus interessant geval van Perkiana. De advertentietekst luidde:

(Emile Richebourg) Twee moeders. (Vert. d. Jacques Perk) Bijlage van Nieuwsblad voor Nederland (De Hollandsche Illustratie? zie onder) (ca. 1880). Geillustreerd. (Uiteraard) beschadigd ex. zeldzaam.
* Zie Jacques Perk Gedichten (ed. Fabian Stolk, 1999), noot 57:(…) eerder vertaalde hij van Em. Richebourg Deux mères, gepubliceerd in De Hollandsche illustratie (1878-1879).’ Bibliografisch is het me nog niet helemaal duidelijk en zet bij deze beschrijving dan ook een (?), hoe dan ook schaarse Perkiana. Curieus, p 79: ‘Mathilde, gij zijt zonder hart, riep hij uit. En hij maakte een dreigend gebaar. (…) Mathilde, gij zult er weldra berouw over hebben.’ (noot)

Zoals bekend is het tijdens Perks korte leven nimmer tot een boekuitgave van zijn gedichten gekomen. Zijn later zo beroemde gedichten verschenen tijdens zijn leven enkel in enige tijdschriften:

Perk vond in Kloos de tegenpool die hij zocht en die hem begreep, en er ontstond een intieme vriendschap. In oktober werden eindelijk ook vier van zijn Mathilde-sonnetten gepubliceerd in Vosmaers Spectator, twee weken later gevolgd door vijf ervan in Nederland. Perk beschouwde zijn rechtenstudie meer als een noodzakelijk kwaad – hij zou toch ergens de kost mee moeten verdienen.

Mijzelve – toegegeven: ik ben geen expert – alsmede de schrijvers van het wikipedia-lemma was het niet bekend dat Perk ook de kost verdiende met het vertalen van populaire Franse lectuur. Fabian Stolk heeft ons daar -via Garmt Stuiveling – opmerkzaam opgemaakt, waarvoor dank. Dit boek is derhalve een leuk biografisch, literair-historisch document en een concrete illustratie bij een te onbekend gegeven:

Lees ook:  Van en over Simon Mulder, Cornélie Huygens en Van Eeden.

Van het geld dat Perk met vertalen verdiende kon hij in juli 1880 bij een lekkere fles Bourgogne of Moselle een fijne sigaar roken onder de nieuwe veranda van café Royal in Laroche, terwijl hij uitkeek over de Ourthe. ( Perk-expert Bart Slijper in een e-mail aan schrijver dezes).

Bij het voorbereiden van dit stukje zag ik dat Twee moeders ook in boekvorm is verschenen: Amsterdam, Binger, 1879. Ook zie ik net overigens dat ik hier reeds word gecorrigeerd, maar waarop, dat begrijp ik niet helemaal.

De Twee moeders bevinden zich ondertussen in de collectie van een grote Tachtig-verzamelaarster in het zuiden van het land.

Naast Twee moeders van Richebourg vertaalde Perk ook nog diens vervolg hierop, De zoon, dat in de op marktplaats aangeboden premie-uitgaaf wordt aangekondigd. De vraag is nu natuurlijk: zou Perk nog meer vertaald hebben? Nog iets van Richebourg? Of een andere roman waarvan een van de personages Mathilde heet? Wie het weet mag het wederom zeggen.

(Dank aan Fabian S., Dick van H. & Bart S.)

11 gedachten over “Jacques Perk als vertaler”

  1. Dat zijn de betere trouvailles!

    Vertoefde in juli 1880 niet ook Oscar Wilde te Laroche aan de Ourthe?

    Ook niet ver van Houffalize, waar Lodewijk van Deyssel enige jaren later aanstalten zou trachten te maken zijn carrière in de vaart der volkeren op te stuiten.

  2. Ja, en Perk en Wilde zouden zoals de door Johan Polak in de wereld gebrachte mythe elkaar daar ook ontmoet hebben. Is echter geen enkel bewijs voor meen ik, alleen dat beide personen ongeveer op zelfde tijd op zelfde plaats waren.

  3. Alleen Polak?

    Artikel van Frans van Schoonderwalt in de Volkskrant van 27 mei 2000, “Een brok graniet voor vader en zoon Perk” –

    De mountainbikers op de overdadig-groene hellingen van de Deisterberg hebben er geen weet van, net zo min als de kajakkers op de schuimende Ourthe, de rivier die La Roche in een innige omarming houdt. Uit het mini-treintje dat vele keren per zomerse dag door de smalle straten hobbelt, klinken vaderlandse meezingers, en niemand realiseert zich dat ooit Oscar Wilde en Willem Kloos door deze zelfde straatjes slenterden, niet samen, maar wel ieder van hen in het gezelschap van Jacques Perk, in respectievelijk 1879 en 1880.
    […]
    Voor zoon Jacques werden zij de plek die zijn dichtader in juli 1880 definitief opende dankzij de toevallige ontmoeting in Hotel des Ardennes met de iets oudere Mathilde Thomas. Van die ontmoeting moet Oscar Wilde getuige zijn geweest, eveneens hotelgast en in zijn hoedanigheid van dandy een opvallende verschijning in het stadje.

    Het “moeten” is wat geforceerd, natuurlijk, maar als Wilde inderdaad in juli 1880 in het Hôtel des Ardennes verbleef dan kan hij heel goed getuige zijn geweest van de prilligheid tussen Jacques en zijn Mathilde …

  4. Correctie bij mijzelve. Perk en Wilde hebben elkaar wel degelijk ontmoet voor zover wij weten en dit was ook een – voor Perk althans – significante gebeurtenis geweest. Polak heeft ervan gemaakt dat Wilde ook van Perk onder de indruk was, wat niet zo lijkt te zijn. Zie heel uitvoerig hier over Dick van Halsema in artikel ‘Verlangen naar de eendere ander. Over Jacques Perk, Willem Kloos, Oscar Wilde, Albert Verwey en diens ‘Luciaan en Arthur’, gebundeld in Vrienden en Visioenen, Groningen 2010.

  5. Uh – het staat er toch way verwarrend. Oscar Wilde moet er in 1879 zijn geweest, dus nog een jaar voor de geschiedenis emt Mathilde. Maar evengoed …

  6. Voor een goed begrip van mijn blogtekst: de enige die ik hier (http://fstolk.blogspot.com/2010/11/de-hermeneut-gaat-onderuit.html) beoog te corrigeren, is de vroolijke hermeneut. Misschien is de aanvulling van het citaat in de advertentietekst aldaar op te vatten als een correctie, maar dat is in wezen slechts een aanvulling ter wille van de duidelijkheid van het blogtekstje.

    Overigens vind ik het opmerkelijk dat de boekuitgave van Twee moeders een ‘boekje’ heet. Het exemplaar met Twee moeders en De zoon in één band (zonder plaats, zonder jaar) dat de KB bewaart, meet 280 x 200 x 25 mm. Een uitgave als de tweede druk van Perks Gedichten, het zwarte boekje dat Just Havelaar c.s. met zich meedroegen ‘als een schat’, lijkt met zijn bescheidener 180 x 120 x 10 mm met meer recht een ‘boekje’.

  7. Beste Fabian,
    Dank voor je reactie. Ja, of beter, neen, een ‘boekje’ is het inderdaad niet, had beter gewoon boek kunnen zeggen aangezien het meer formaat groot octavo of klein folio heeft.
    En heer Simons: het verhaal van v.Halsema over Wilde en Perk zal ik in de nabije toekomst anders een samenvatten alhier

  8. Ja, wie o wie?
    Hoppa, ziehier die oud – Hollandse boekenaasgier!
    Uiteraard ben ik blij met dit bijzondere, tevens uiterst kwetsbare boek. Een mooie aanvulling op mijn verzameling ‘ Eerste drukken ‘ van de Tachtigers.
    Ik noem mijn verzameling: ‘ Gered van de versnipperaar ‘, aangezien per jaar alleen al bij een bekende boekenzaak in het land wel meer dan 200.000 boeken bij de versnipperaar belanden. Toen ik met deze verzameling begon nu zo’n drie jaar geleden was het mijn intentie een stuk cultuur te behouden. Naast de vele eerste drukken van de Tachtigers ben ik in het bezit van de Nieuwe Gids 1895 t/m 1915, de jaargangen 1907 -1909 ontbreken, uiteraard een prachtig en indrukwekkend naslagwerk.
    Tot slot wil ik jullie nog verrassen met een Liedje ( Jac Perk) voor zang met Pianobegeleiding door Bernard Zweers, dat ik afgelopen week kocht.

    Liedje( Jac Perk ) voor zang, (tenoor) met pianobegeleiding door Bernard Zweers.

    Aan Dora
    Liedje
    Jac Perk

    ‘k Wil u wat zeggen, blondje,
    Dat gij niet begrijpen zult….
    ’t Is dat geheel mijn wezen
    Met iets liefelijks vervult.
    ’t Is dat ik zou weenen,
    Als ik denk aan al’t geluk,
    Dat het duifje mij zal schenken,
    Dat ik in mijn armen druk.
    Zie Mijn woning wordt een hemel,
    Zonneschijntje! Lentebloem!
    Als gij daar zult geuren, stralen,
    En ik u mijn vrouwtje noem.
    Ach, ik zie u reeds, als heden,
    Nederknielen aan mijn knie….
    Kind, ik zal gelukkig wezen
    Als ik U gelukkig zie!

  9. Zo kon het gebeuren, dat ik sinds vandaag de gelukkige bezitster ben van een tweede boek: ‘ Twee Moeders ‘, maar nu ook van het boek ‘ De Zoon.’
    Twee ongelooflijk gave exemplaren, gezien en gekocht bij de Slegte in Utrecht. De prijs? 19,95 € voor beide boeken!
    Gelukkig toch niet afgevoerd naar de versnipperaar!

  10. Toevallig kwam ik op deze site terecht toen ik deze 2 boeken (Twee moeders en de zoon) ging opzoeken op internet.
    Ik wil ze namelijk verkopen. Ik heb er zelf niets mee.
    Gekregen van mijn schoonmoeder, die het weer van haar moeder heeft gekregen.
    Het zijn nog vrij nette exemplaren.
    Mocht een verzamelaar interesse hebben voor een eerlijke prijs, dan kan hij zich melden

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *