In de rubriek ‘Noordewind-Critieken en Commentaren’ in De Hollandsche Revue van 10 januari 1922 staat een zeer merkwaardig versje, geschreven door ‘Brammetje’, een pseudoniem van M.H. du Croo, voluit Maurice Henri du Croo (1887-1951). Hieronder volgt het volledige gedicht, dat de draak steekt met Couperus’ leven en levensstijl. Ik moet eerlijkheidshalve bekennen dat ik niet … Lees verder “‘De ijdelheid der ijdelheidjes’ – Brammetje basht Couperus”
Tag: poëzie
Dodelijke dichtkunst? – Over Francis Thompson (1859-1907)
Vreemde verhalen doen de rondte over Francis Thompson. Zo gaat het gerucht dat hij de werkelijke Jack the Ripper was, die in het najaar van 1888 moordend door de straten van Londen trok. Het bewijs daarvoor is niet zomaar te versmaden. Het omvat zijn lugubere gedicht ‘The Nightmare of the Witch-Babies’, zijn snijervaring als geneeskundestudent, … Lees verder “Dodelijke dichtkunst? – Over Francis Thompson (1859-1907)”
Serious moonlight
Je kleren uitgetrokken. Lang gewacht. / De altijd korte herfst, een droge winter. / Het voorjaar nagemeten tot de zomer. / Gezicht gepoeierd. Lippen wit geverfd.
Je kleren uitgetrokken. Lang gewacht. / De altijd korte herfst, een droge winter. / Het voorjaar nagemeten tot de zomer. / Gezicht gepoeierd. Lippen wit geverfd.
(Verlate) lijstjestijd: de decadente rock’n’roll top 20!
Het was weer het einde van het jaar en dus weer lijstjestijd. Niets aan te doen helaas. Het is ergste was nog wel die lijst die waaraan bijna niet te ontkomen was, ook als je de treurbuis en de radio zoveel mogelijk negeerde: de ‘Top 2000’. Het ene nummer nog erger dan het andere. ‘Maar … Lees verder “(Verlate) lijstjestijd: de decadente rock’n’roll top 20!”
DORNBEENDREEF
Je lag languit te staren op de bank / en wilde dat verhaal van vroeger horen. / Nee, nee, dit is de laatste sigaret. / Een fles stond halfvol op de kleine tafel. […]
Je lag languit te staren op de bank / en wilde dat verhaal van vroeger horen. / Nee, nee, dit is de laatste sigaret. / Een fles stond halfvol op de kleine tafel. […]
Een metamorfoze van Couperus’ poëzie – een nieuwe bloemlezing verschenen bij Prominent
Metamorfoze uit 1897 is de allermooiste roman van Louis Couperus. Jazeker, zo is het. Wij herlezen deze eens per jaar, en nu eindelijk in die prachtige eerste druk, wat die leeservaring extra fijn maakte. Heeft u het al gelezen? Neen? Snel doen, hoor! Het is een zeer moderne roman die het literaire kunstenaarschap op aangrijpende … Lees verder “Een metamorfoze van Couperus’ poëzie – een nieuwe bloemlezing verschenen bij Prominent”
Over een neo-decadentistische cyclus van Nic van Bruggen: ‘De Combourg Sonnetten’ (1974) – deel 2
Het vorige artikel bood een brede schets van het neo-decadentisme als literatuuropvatting en levenshouding, alsook een beeld van de literair-historische context. In het volgende artikel ga ik over tot een bespreking van Van Bruggens cyclus ‘De Combourg Sonnetten’ uit 1974. […]
Het vorige artikel bood een brede schets van het neo-decadentisme als literatuuropvatting en levenshouding, alsook een beeld van de literair-historische context. In het volgende artikel ga ik over tot een bespreking van Van Bruggens cyclus ‘De Combourg Sonnetten’ uit 1974. […]
Over een neo-decadentistische cyclus van Nic van Bruggen: ‘De Combourg Sonnetten’ (1974) – deel 1
Verandering van spijs doet eten. Tussen de artikeltjes over André de Ridder door presenteer ik u, lezers van deze fijne webpagina, het eerste van twee artikels over een gedichtencyclus van Nikolaas Jan Karel van Bruggen (1938-1991), beter bekend als Nic van Bruggen. ‘Wat? Een post-experimenteel op rond1900!?’ roept u nu natuurlijk. U kan zich mijn verbazing dan ook voorstellen toen ik tijdens het herlezen van deze zogenaamde pink poet (afgekort als pp, dus: Nic van Bruggen pp) een cyclus ontdekte die een grote gelijkenis vertoont met de precieuze poëzie uit de laat-negentiende, vroeg-twintigste eeuw. In plaats van de ‘woordpap’ die deze experimentele generatie doorgaans serveert, om eventjes listig Paul de Vree te citeren. […]
Verandering van spijs doet eten. Tussen de artikeltjes over André de Ridder door presenteer ik u, lezers van deze fijne webpagina, het eerste van twee artikels over een gedichtencyclus van Nikolaas Jan Karel van Bruggen (1938-1991), beter bekend als Nic van Bruggen. ‘Wat? Een post-experimenteel op rond1900!?’ roept u nu natuurlijk. U kan zich mijn verbazing dan ook voorstellen toen ik tijdens het herlezen van deze zogenaamde pink poet (afgekort als pp, dus: Nic van Bruggen pp) een cyclus ontdekte die een grote gelijkenis vertoont met de precieuze poëzie uit de laat-negentiende, vroeg-twintigste eeuw. In plaats van de ‘woordpap’ die deze experimentele generatie doorgaans serveert, om eventjes listig Paul de Vree te citeren. […]
Reina Koolstra. Das Lied von der Erde
Er lag een dode ekster op de drempel. / Het was nog bijna voorjaar ook. ‘O jee,’ / riep Reina, met haar pas gebonden bezem / het zwart en wit van veren wegvegend.
Er lag een dode ekster op de drempel. / Het was nog bijna voorjaar ook. ‘O jee,’ / riep Reina, met haar pas gebonden bezem / het zwart en wit van veren wegvegend.
Het Uraniumkanaal
Het gras bewoog, /dat deden wij / tegen elkaar / gedraaid. / Je kruin, / je dikke haar / was door het zwemmen nat.
Het gras bewoog, /dat deden wij / tegen elkaar / gedraaid. / Je kruin, / je dikke haar / was door het zwemmen nat.