Dit weekend las ik Henri Borels roman Een Droom (1899). Het is een zeer fraai vormgegeven boek: het is gesierd met omslag en vignetten van Toorop die het lezen een lust voor het oog maken. Het door mij gelezen exemplaar had ook nog een opdrachtje van de auteur: een bibliofiele droom natuurlijk!
Hierdoor en door de inhoud las ik het met genoegen. Ik zal het niet snel herlezen, maar ik kan het toch wel aanraden aan liefhebbers van typische fin-de-siècle-literatuur. Zoals dat gaat in de neerlandistiek en Nederlandse literatuurgeschiedenis wordt er nimmer getornd aan een ooit uitgesproken oordeel. Borel staat bekend als weezoete rommel, maar is wel een van de weinige Nederlandse schrijvers die leuke, door Gorter en Van Deyssel beïnvloede, cultuurhistorisch interessante romannetjes schreven die je in een loos uurtje op de bank of zelfs in de trein genoeglijk weg kan werken.